Hoe beoordeel je het design van je interactieve kaart? - Deel 1: Gebruikerstesten

10 mei 2024

Gebruikerstesten: waarom, wie, wat en hoe?

Stel je voor dat je bezig bent met het design van een kaarttoepassing en je denkt dat je weet wat je gebruikers wensen en nodig hebben. Je werkt het design van de kaart af en bezorgt het aan het ontwikkelteam. Na een aantal iteraties in de ontwikkeling lanceer je de nieuwe kaart en hoop je dat deze goed wordt ontvangen. Maar wat als dat niet zo is?

Zelfs de meest briljante designers weten niet alles. In het scenario beschreven hierboven komt het leren over de noden en wensen van gebruikers pas in de vorm van bugs en klachten... Of erger: het manifesteert zich als een kaart die niemand gebruikt.

Wat als er een manier is om een kortere weg te nemen en het leerproces vroeger te starten?


Investeer tijd in het testen van jouw idee met echte (potentiële) gebruikers en verbeter je idee alvorens het te bouwen. Waarom? Dit zal tijd en kosten besparen bij het maken van aanpassingen na de lancering en geeft je bovendien vroegtijdig een uniek inzicht in jouw design. Voor meer context, neem een kijkje in het Design Sprint Boek.


Maar gebruikerstesten kosten veel tijd, niet? Nee, niet noodzakelijk. Bij het testen van gebruikers is vijf het magische aantal. Jakob Nielsen voerde een enorme hoeveelheid gebruikerstesten uit en noteerde daarbij hoeveel problemen er werden ontdekt (meer informatie in dit artikel). Hij ontdekte dat het bevragen van vijf gebruikers, 85% van de moeilijkheden inzake gebruiksvriendelijkheid aan het licht bracht. Kortom, het testen met vijf (potentieel nieuwe) gebruikers zal reeds een goed idee geven van de grote patronen en problemen.


Dus, wie kan je best interviewen? Focus op je doelpubliek. Indien mogelijk, contacteer mensen van de verschillende gebruikersgroepen die je reeds hebt geïdentificeerd (neem een kijkje in deze blog met tips hoe je dit aanpakt). Als je doelgroep bijvoorbeeld bestaat uit zowel GIS-gebruikers als leerkrachten middelbaar onderwijs, test je de kaart best met beide. Deze groepen zullen andere niveaus hebben van GIS-vaardigheden en bovendien ook andere noden.


Iets anders om bij stil te staan: wat moet je testen? Denk na over de vragen die je wil oplossen. Van welke aspecten van je idee ben je nog niet helemaal zeker? Welke vragen heb je nog? Focus hierop bij het ontwerpen van je gebruikerstesten. Dit is het moment om deze vragen te stellen aan je gebruikers!


Beslis ten slotte hoe je het idee zal testen. Feedback vragen aan gebruikers kan op verschillende manieren:

  • Interview gebruikers en stel hen simpelweg vragen over jouw idee.
  • Toon gebruikers een schets of wireframe en vraag feedback (low fidelity prototype).
  • Laat gebruikers een interactief prototype gebruiken en vraag feedback (high fidelity prototype).


Het visualiseren van een idee door middel van een prototype zal meestal zorgen voor meer concrete feedback. Hoe geavanceerder je prototype, hoe meer werk het kost om het te maken. Er bestaat ook het risico dat je steeds meer gehecht raakt aan je oplossing (waardoor je meer zal aarzelen om het aan te passen). Voor de testers is het anderzijds ook belangrijk om een realistisch idee te krijgen van je oplossing zodat ze goede feedback kunnen geven op basis van hun begrip van de oplossing. Om een beslissing te maken in verband met de complexiteit van je prototype kan je het volgende in overweging nemen:

  • Als je een keuze wil maken tussen verschillende nieuwe ideeën om verder uit te werken: ga voor schetsen en wireframes.
  • Als je een meer uitgewerkt idee wil valideren: ontwikkel een high fidelity prototype.
  • Als je UX en UI keuzes wil testen: overweeg een interactief high fidelity prototype en wees getuige van hoe mensen je oplossing gebruiken.


Hou onze blog in de gaten! In het volgende artikel van deze reeks leggen we in stappen uit hoe je een high fidelity interactief prototype kan realiseren in Figma.

Deel dit artikel
Geïnteresseerd in de services van nazka?

Soortgelijke artikels